Jean (63) verloor linkerbeen op zijn 17de: “Ik doe nu nog aan snowboarden”

 Jean Neven (63). Geboren en getogen in Sint-Lambrechts-Herk, maar sinds kort verhuisd naar Oudenaarde. Toch blijft hij klant in Genk, “want je vertrouwen in je prothesist is heel belangrijk”, zegt Neven. Hij mist zijn linker onderbeen sinds 1977. Op zijn zeventiende zat hij achterop een motor die door een auto werd weggemaaid. Van de overbrenging naar Leuven, de bacterie die voor extra problemen zorgde of de amputatie zelf kreeg hij zelf weinig mee. “Toen ik wakker werd, stond mijn vader aan mijn bed. Hij was nogal een harde en zei vlakaf: ‘Uw been is af’”, weet Neven nog.

Vandaag worden hypermoderne protheses gemaakt van kunststof, zijn ze beweeglijk, worden ze opgemeten met een 3D-scan en kun je zelfs het uitwendige design kiezen, van piraatachtige doodshoofden tot je favoriete voetbalploeg. Eind jaren zeventig was dat nog helemaal anders. “Mijn eerste was echt een houten been”, zegt Neven. “Gemaakt met een zaag en lijm. Omdat ik mijn rechterschoen had afgegeven voor de maat, was de eerste prothese zelfs voor de verkeerde kant gemaakt.” Ook qua begeleiding was het een ander tijdperk. “Ik kreeg in Leuven wat valtechnieken op een matras, dat was het”, zegt Neven.

“Ik heb wel altijd het gevoel dat gehad dat het onfair is dat het net mij is overkomen. Ik had vrienden die bijna nooit uit hun zetel kwamen, maar ik was altijd actief. Ik heb nog gevoetbald bij Herk Sport en Rapertingen.”

Neven wilde duidelijk niet in zijn zetel blijven zitten. “De eerste opvang is dan heel belangrijk en mijn ouders hebben daar een goede rol in gespeeld. Ik moest mijn middelbaar nog afmaken en als ik mijn pa vroeg om me naar school te brengen, zei hij: ‘Pak uw fiets’. Hij liet me de ladder opkruipen om onze perelaar te snoeien. Zo heb ik karakter gekweekt.”

Ook vandaag is stilzitten nog altijd niks voor de kwieke Neven. Hij rijdt nu zelf met de moto – een BMW R 150 -, met de mountainbike én hij ontdekte op zijn veertigste zelfs het snowboarden. “We hebben met een groepje geamputeerden elkaar altijd gestimuleerd. Eerst heb ik waterskiën en windsurfen geprobeerd, maar dat was geen succes. Tot ik op wintervakantie aan de toog een snowboarder ontmoette, mee de piste ben opgewandeld en direct het gevoel had: ‘dit is het’. Nu begeleid ik bij Anvasport (Anders Validen Sporten) een zestal snowboarders en ga ik als monitor mee met de zitskiërs.”

De prothese hield Neven niet tegen om een normaal leven uit te bouwen. Hij werkte eerst in de tuinbouw, later bij de stad Hasselt. Hij trouwde en heeft twee kinderen. “Het middelste hebben ze nietgeamputeerd, hé lacht hij. “Mijn vrouw heeft er nooit een probleem van gemaakt. We komen uit dezelfde streek, dus ze was op de hoogte van mijn situatie.”

Neven wil een amputatie ook niet mooier voorstellen dan ze is. “Mijn stomp is nog altijd supergevoelig en ik heb ook nog last van fantoompijnen. Dat kan aan de prothese liggen, maar net zo goed aan het weer. Soms kan ik het nog wel eens uitschreeuwen van de pijn. Er zijn zware periodes geweest, dat ik mijn prothese maanden niet kon aandoen.”

Om te snowboarden heeft Neven een aparte prothese. Die is gemaakt met losse onderdelen die door de jaren heen zijn verzameld. Het ziekenfonds betaalt namelijk maar één prothese terug, een extra sportprothese moet de gebruiker uit eigen zak betalen. Een basismodel kost minstens 5.000 euro, maar dat kan ook oplopen tot 25.000 euro of meer. “En is het dat wel waard?” vraagt Neven zich af.

HBVL

Heb jij ook een leuk nieuwsje i.v.m. St-Lambrechts-Herk?

Dat kan je hier vrijblijvend plaatsen.


 

Teller

  • Bezoekers
    • Today: 148
    • This week: 1,008
    • This month: 2,145
    • This year: 27,650